Minister van Buitenlandse Zaken Maxime Verhagen heeft eergisteren en gisteren alle media gehaald met de voorgenomen oprichting van een anti-terrorisme-instituut. Zoals altijd geeft de samenvatting in de media veel minder informatie dan het originele stuk, een brief aan de Tweede Kamer. De minister trekt er een half miljoen euro per jaar voor uit, en wel voor de eerstvolgende vijf jaar. Daarna moet het instituut zichzelf bedruipen. Nu al heeft Maxime Verhagen zijn toegezegde geld terugverdiend. Dezelfde media-aandacht via betaalde etherreclame zou meer gekost hebben. De media hadden deze habbekrats van de regering dienen te negeren.
Kleintjes worden overgeslagen
Journalisten zijn overtuigd van het belang van hun beroepsgroep en overtuigd van zichzelf. In veel gevallen (95%) is deze zelfingenomenheid onterecht. Rekenen bijvoorbeeld, kunnen ze niet. Ze laten zich makkelijk beetnemen omdat ze getallen niet kunnen hanteren. Ik heb meerdere malen tegen journalisten gezegd dat ze aan geen enkel beleidsplan van de regering aandacht moeten schenken als dat plan financieel minder verplichtingen inhoudt dat 5 miljoen euro per jaar. Hoe mooi en ronkend het desbetreffende pers- of nieuwsbericht bericht ook is.
Kosten voor het rijk
De miljoenennota voor 2010 meldt aan uitgaven 272 miljard euro, oftewel 272 duizend keer een miljoen. De begrote uitgaven voor Buitenlandse Zaken bedragen 12,5 miljard. Dat wil zeggen ruim 4,5% van de totale rijksuitgaven. Buitenlandse Zaken is een klein departement. Maxime mag per jaar 12½ duizend keer een miljoen euro uitgeven. Anders gezegd: 25 duizend keer per jaar mag Maxime een half miljoen uitgeven. De toezegging van het stichten van een anti-terrorisme-instituut door de Minister van Buitenlandse Zaken betreft dus één 25-duizendste gedeelte van zijn begroting. Dat is 0,004%. Maxime spendeert dagelijks 68 keer het bedrag dat hij nu eenmaal per jaar voor het anti-Al-Qaida-fonds uittrekt. De nieuwe investering is verwaarloosbaar klein. Pinda’s. Of zoals de Amerikanen zeggen: Peanuts.
De middelen zullen worden vooral worden aangewend om salarissen te betalen. Dat betekent voor de regering ook nog eens dat een derde van de uitgegeven weer terugvloeit in de staatskas. Wel een heel kleine pinda.
Kosten voor de burger
Laten we aannemen dat Maxime zijn hobby uit de directe belasting en premies volksverzekeringen haalt. Die bedragen gezamenlijk zo een 100 miljard. Het aantal mensen met een betaalde baan ligt even onder de 9 miljoen. Het bastion van terrorismebestrijding in wording, waar Al-Qaida nu al over in rep en roer is, kost iedere belastingbetaler iets minder dan 6 eurocent per jaar. Diezelfde belastingbetaler betaalt gemiddeld in totaal 30 duizend euro per jaar aan belastingen. Het cadeautje aan de Tweede Kamer met als gulle gever de Minister van Buitenlandse Zaken is van geen belang voor de burger. De media hadden die burger beter over dit instituut moeten informeren, namelijk door hem er niet over te informeren.
Is geld het enige wat telt?
Het is niet in mijn bedoeling om het belang van elke maatschappelijke ontwikkeling te meten aan de hand van de hoeveelheid geld die er mee gemoeid is. Maar bij het lanceren van nieuw beleid is dat wel de essentiële factor. Nieuw beleid annonceren, is de leukste activiteit voor een beleidsmaker. Hij is eraan verslaafd. Hij komt er mee in het nieuws en ook nog eens op een positieve manier. De enige rem op het voortdurend aankondigen van nieuw beleid is dat de aankondigingen kritisch gevolgd blijven worden, ook als het geen nieuws meer betreft. Als er met een nieuw plan weinig geld gemoeid is en er ook niet wordt aangegeven welke andere activiteiten zullen worden omgebogen in de nieuwe richting, hebben we te maken met gebakken lucht. Zoals ook in dit geval.
Hoe groot wordt het instituut?
De minister voorzag wel dat zelfs het gemiddelde Kamerlid zou snappen dat je van het toegezegde dubbeltje geen nieuw gebouw zou kunnen neerzetten. Het op te richten instituut zal dus worden ingehuisd bij een bestaand instituut in Den Haag. Als je terrorisme wil bestuderen zal je toch een paar mensen in dienst willen hebben. Het betreft hier een structurele taak die gaat worden uitgevoerd door tijdelijke krachten. Geen vakbond die protesteert.
We gaan wat rekenen, uitgaande van de veronderstelling dat de totale loonkosten voor een werkgever 1.3 maal het brutosalaris zijn.
—– De baas van gideonsbende zal wel rond de balkenende-norm zitten. Het is misschien wel hoger want het kan geen vaste aanstelling zijn. Dat betekent dat we al twee van de jaarlijkse vijf euroton uitgegeven hebben.
—– We willen ook nog een ervaren medewerker hebben. Jeetje, alweer bijna anderhalve ton uitgegeven.
—– Nu nog een halftijdse secretaresse (m/v).
—– Nu hebben we nog anderhalve ton over voor investeringen en exploitatiekosten. De twee medewerkers van dit ultramoderne instituut zullen het hele internet voortdurend moeten afstruinen met op-en-top geavanceerde ICT apparatuur, naast ook nog eens abonnementen op vele digitale diensten en tijdschriften. De twee medewerkers zullen regelmatig naar de VS moeten reizen. En van Haagse functionarissen weten wij wetenschappers uit ervaring, die reizen nooit economy class. Ik heb het nog niet gehad over energiekosten, schoonmaakkosten, onderhoud, enz.
Dat is dan het wereldvermaarde instituut. Een klassiek voorbeeld van een doodgeboren kindje. De beste vestigingsplaats lijkt mij Madurodam.
Invulling in de praktijk
Hoe zal de uitvoering in de praktijk zijn. De minister zal een tender uitschrijven, want de uitdrukking openbare inschrijving kent hij niet. Die uitgave zal misschien wel Europees aanbesteed moeten worden (daar rept Maxime niet over in zijn brief). Maar, schrijft hij, het moet wel in Den Haag zijn. De minister heeft dan ook de keuze tussen Clingendael, Clingendael en Clingendael. Het zal dus wel Clingendael worden. Een hoogleraar, al werkzaam bij Clingendael, zal voor een dag in de week dit instituut gaan leiden. Ook enkele andere medewerkers krijgen een extra bordje op hun deur.
De administratie van de uitverkoren gast-instelling zal net als bij vele andere kennisinstellingen wel raad weten met het uitgebreid uren schrijven van medewerkers op naam van andere instituten. Dat de som van die uren ver uitkomt boven 40 uur vindt niemand vreemd in dit land. Ook niet dat publicaties door meerdere instituten wordt opgevoerd als eigen publicatie.
En niet te vergeten: er komt een mooi nieuw bord bij op de gevel, dat zal prijken, naast de andere mooie borden. Alles bij elkaar een omcat-operatie op hoog niveau. Ook de auto’s worden niet vergeten:
Wat levert het op?
Imagoverbetering is het onmiddellijk voordeel voor Maxime en voor de CDA-fractie in de Tweede Kamer. Een bestaand instituut krijgt wat meer prestige. En dat allemaal omdat journalisten niet kunnen rekenen.